Een nieuw textielkunstwerk siert de trouwzaal van het Brusselse stadhuis. Na een projectoproep van het Museum van de Stad Brussel en MAD Brussels, koos de jury voor het ontwerp van textielontwerper Daniel Henry. Zijn werk 'Velum Magneticus' past goed bij het originele decor en verwijst naar de liefde als een opeenvolging van momenten met een haast magnetische aantrekkingskracht.
MAD sprak met Daniel Henry over zijn inspiratiebronnen, zijn toekomstvisie en zijn ontwerp voor de trouwzaal.
Kan je wat meer vertellen over je carrière als textielontwerper, welk traject heb je tot nu toe afgelegd?
“Mijn interesse voor textiel deed ik op tijdens mij lessen kunstschaatsen, een sport die voor mij ook een vorm van kunst is. De kostuums die we tijdens het schaatsen droegen, brachten al snel een fascinatie voor kostuumontwerp en textiel in mij naar boven. Als kunstschaatser draag je van die glinsterende pakjes met pailletten en dergelijke. Door die fascinatie begon ik met het borduren en ontwerpen van mijn eigen kostuums. Op mijn twintigste besloot ik mijn focus te verleggen naar mijn toekomstige carrière en ging ik naar La Cambre om mode te studeren. Tijdens mijn studies besefte ik al snel dat het creëren van kleding niet mijn passie was, maar dat mijn interesse meer lag bij het ontwerpen van stoffen en textiel. In mijn tweede jaar aan La Cambre besloot ik over te stappen naar de richting textielontwerp. Daarna specialiseerde ik me in textieldrukwerk en afwerking, een expertise die ik tot op de dag van vandaag voortzet.”
“Tijdens het eerste jaar van mijn masteropleiding aan La Cambre toonde een extern jurylid uit Parijs veel interesse in mijn werk en bood me een baan aan. Deze eerste parttime baan combineerde ik met mijn laatste masterjaar aan La Cambre. Het gaf me de kans om snel en soepel de professionele wereld binnen te stappen. Toen ik afstudeerde, had ik al een jaar werkervaring. Zo begon ik mijn carrière als freelancer en ging ik op zoek naar mijn eigen werkruimte. 7 à 8 jaar lang heb ik alleen gewerkt, maar nu werk ik samen met een assistent. Zo een klein team vind ik wel prettig. Ik wil dat mijn studio klein blijft, zodat het werk dat we leveren uiterst nauwkeurig is. Wanneer het erg druk wordt, huur ik extra freelancers in voor een bepaalde periode.
"Mijn klantenkring is erg gevarieerd, voornamelijk binnen de mode-industrie, maar ik werk ook samen met klanten die interesse hebben in behangpapier, interieurtextiel en kostuumontwerp. Daarnaast ben ik in de afgelopen tien jaar begonnen met het creëren van mijn eigen persoonlijke kunst, waar ik me vandaag de dag nog op focus.”
Hoe start je met het creëren van een textielwerk?
"Ik ben een echte vakman en mijn inspiratie komt voor het 'het doen'. Ik ben niet het type dat de studio binnenstapt en dan start met nadenken over wat ik nu ga creëren. Zodra ik mijn studio binnenloop, begin ik met mijn handen te werken. Ik manipuleer de stoffen, experimenteer met verschillende texturen en kleuren, en observeer wat er ontstaat. Voor mij is het een proces van ontdekken en experimenteren. Ik ben voortdurend bezig met onderzoek en verkenning.”
Hoe cruciaal zijn samenwerkingen met andere designers of merken voor jou als kunstenaar en ontwerper?
“Veel mensen stellen me vaak de vraag: "Als je alleen van je kunst zou kunnen leven, zou je dit dan doen?" Maar ik heb in totaal drie klanten met wie ik heel graag samenwerk. Deze klanten betekenen net zoveel voor mij als ik voor hen. We onderhouden sterke relaties en delen een gemeenschappelijke visie: samen streven we naar het creëren van iets boeiends. Een van mijn klanten, Maison Margiela onder leiding van John Galliano, daagt mij altijd uit met nieuwe technieken, wat mijn eigen werk en kennis verder ontwikkelt. Uitgedaagd worden in mijn werk is van onschatbare waarde voor mij. Een klant die me stimuleert om mijn expertise uit te breiden, aan dat soort klantenrealties hecht ik enorm veel waarde."
Wat motiveerde je om deel te nemen aan het project van het Museum van de Stad Brussel en MAD Brussels om een nieuw kunstwerk te ontwerpen voor de trouwzaal van het Brusselse Stadhuis?
“Ik neem eigenlijk niet graag deel aan open oproepen, ik word liever gekozen door mensen. Maar dit was zeker niet de eerste keer dat ik op een open oproep reageerde. Toen ik jonger was, deed ik dat wel vaker. Ik heb vaak samengewerkt met Denise Biernaux, de eigenares van Galerie Les Drapiers in Luik. Denise zat in de jury van deze open oproep en vertelde me erover."
"Wat me aantrok in deze opdracht, is de relatie met het erfgoed. Ik vind dat al mijn kunstwerken verbonden zijn aan de kunstgeschiedenis. Het creëren van een dialoog tussen bestaande kunstwerken en mijn eigen werk, motiveerde me echt.”
Kan je wat meer vertellen over je inspiratiebronnen achter het ontwerp voor de trouwzaal?
“Aangezien het om een ontwerp voor de trouwzaal gaat, ligt het voor de hand dat liefde het centrale thema is. Dit staat in contrast met mijn gebruikelijke thema's, waar vaak de dood centraal staat. Toch vind ik het interessant om te werken rond de onzichtbaarheid in de liefde. Wanneer twee mensen elkaar ontmoeten op een liefdevolle manier, ontstaat er iets wat moeilijk in woorden te vatten is. Er is een magnetische aantrekking die niet zichtbaar is. Daarom koos ik ervoor om te werken rond het magnetische veld. Een koppel is als twee polen die onafscheidelijk zijn. Deze magnetische polen stralen een kracht uit, vergelijkbaar met vuurwerk tussen twee mensen die tot elkaar aangetrokken worden.”
“Daarnaast wil ik met mijn ontwerp ook de dualiteit verkennen. Een koppel bestaat uit twee individuen die hun eigen identiteit moeten behouden. Hoewel sommige aspecten kunnen samensmelten, is het behouden van individualiteit van groot belang. Daarom koos ik voor twee kleuren, goud en zilver, en verschillende technieken zoals borduren en printen voor het gordijn. Dit draagt bij aan het thema waarbij contrasten worden benadrukt.”
“Een ander belangrijk aspect van het project is voor mij de ruimte waarin het werk komt. Het was essentieel om de ruimte te begrijpen en het project erin te laten passen. Het vinden van een juiste balans was cruciaal. Mijn werk moest in harmonie zijn met de zaal uit de 19e eeuw, maar tegelijkertijd hedendaags genoeg zijn om aan te geven dat we ons in de 21e eeuw bevinden, zonder al te veel te schokken bij het betreden van de ruimte. Ik wilde ook dat mijn werk leefde en speelde met het licht, zodat het er telkens anders uit kon zien.”
Naast dualiteit heb je je ook gefocust op het thema inclusiviteit, kan je hier wat meer over vertellen?
“Vorig jaar vierden we de 20e verjaardag van het homohuwelijk in België, maar het vorige wandkleed was niet geschikt voor deze gelegenheid. Het beeldde drie baby engeltjes af, wat traditioneel staat voor het begin van een gezin na het huwelijk, maar dat is tegenwoordig niet het verhaal voor iedereen. Het thema inclusiviteit bracht me bij het idee om een 'patchwork' ontwerp te maken. Het borduurwerk van het kunstwerk bestaat uit 400 aangebrachte gouden stroken, van 40 verschillende tweedehands stoffen. Deze stoffen variëren sterk, van nieuw tot oud, afkomstig uit de mode- of interieurindustrie, en uit verschillende landen. Op deze manier wilde ik het idee van inclusiviteit benadrukken met een diversiteit aan textiel. Elk klein stukje betekent weinig op zichzelf, maar samen vormen ze een krachtig geheel.”